Berg van de zeven kleuren |
Leuk voor een carnavalshit! |
We dalen weer iets tot we bij het zoutmeer Salinar Grande (3000 m) zijn. Daar maken we een stop om het zout van dichtbij te bekijken. Het is een enorme witte vlakte, het doet pijn aan de ogen. Als we er genoeg van gezien hebben gaan we weer verder. Rond drie uur komen we aan in Susques. Een stoffig dorpje, met slechte onverharde straten. We proberen een slaapplaats te vinden. Als we twee politiemensen de weg vragen naar het hostel, dat we hebben uitgezocht, zijn ze zo vriendelijk om even voor ons uit te rijden. Als we er zijn blijkt dat het hostel gesloten is. Het is onduidelijk of dat is in verband met de siësta of dat de eigenaren misschien carnaval vieren. We moeten wat anders.
Zo’n drie kilometer buiten het dorpje vinden we een hostel waar gelukkig ook nog plaats is. Bovendien kunnen we er eten en zit het naast een tankstation. Dat hadden we nou net allemaal nodig. Wat kan het leven simpel zijn: een bed, wat eten en diesel!!!
Maar eens kijken hoe het ons bevalt om op 3615 meter hoogte te slapen. Niemand heeft tot nu toe echt last, maar we kunnen wel voelen dat we op hoogte zijn. Morgen gaan we verder naar Chili en de Paso de Jama over. Voordeel van deze pas, ten opzichte van de Paso Agua Negro, is dat deze helemaal geasfalteerd is, ook wel eens een keer lekker.
Hai luitjes. Geniet iedere keer weer van jullie avonturen en verhalen. Als jullie last krijgen van de hoogte, moet je eens een kopje coca thee proberen. Zelfs de kinderen kunnen het drinken en het werkt echt. Ook de smaak is goed te doen.
BeantwoordenVerwijderenMyriam