BLIJF MET ONS IN CONTACT EN STUUR EENS EEN MAILTJE: AMANRAALTE@GMAIL.COM


4 maart 2011

Prietpraat 2

Voor onze Huub is het reizen in de verschillende landen en met de verschillende talen soms nog wat lastig te begrijpen en bij te benen. We merken echter aan alles dat hij zijn uiterste best doet om alles te kunnen begrijpen. Na een aantal dagen aan het strand en aan de rand van een zwembad merkte Huub op “Ik wordt helemaal donker, straks wordt ik nog een chinees!” Ook probeert hij al een aardig woordje over de grens te praten. Of het altijd correct is maakt niet uit. Zo bestelde hij in zijn beste engels “appel-sep”. En rond de kerst verbastert hij het liedje “feliz navid” tot “verliefd maar niet dat”. Vonden wij wel grappig gevonden. Als we de gletsjer Perito Moreno in Argentinië hebben bekeken blijft het woord gletsjer hangen. Als wij dos café con leche bestellen vraagt Huub: “wat is dat, koffie van de gletsjer?”


We merken dat de kinderen niet alleen in doen en laten zijn gegroeid, maar ook letterlijk. Dat levert voor Huub de vraag op: “Groeit de binnenkant van mijn lichaam ook?” Tevens constateert hij terecht “Ik kan iedereen op de wereld zien, behalve mezelf!””

Voor als we een keer trek hebben en moeilijk aan eten kunnen komen en we geen brood en beleg meer hebben, hebben we twee grote zakken met koekjes gekocht. Voor noodgevallen dus. Als Huub vervolgens een keer zijn hoofd stoot zegt hij: “Noodgeval, dus nu mogen we een koekje!”

Als papa een keer weer heerlijk heeft gekookt zegt Huub: “Papa, jij kunt later wel kok worden!

Huub zegt, na een telefoontje met oma in Nederland: “krijg ik de groenten van oma?”.

Ook Bente kan af en toe nog verassend uit de hoek komen. Als we een nieuwe tube Elmex tandpasta uit Nederland voor de dag halen merkt ze op: “Gelukkig hebben we weer Unox tandpasta!”

En als Laura met haar op de smerige camping Municipal in Puerto Piramídes naar het damestoilet gaat, merkt Bente zeer terecht op: “Soms zou ik ook best wel een piemel willen hebben! Nou, ik “ben het in dit soort situaties roerend met haar eens!

Op reis eten we niet altijd even gezond, waardoor wij de term scheurbeuk introduceren. In de supermarkt willen de kinderen héél graag een helado (ijsje). Hun argument is: “Als we nu geen helado krijgen, krijgen we vast scheurbuik…”. Tja we eten niet al te veel groente en fruit, maar ijs is toch echt niet noodzakelijk!

Totzover weer onze verzameling prietpraat. Mocht je de vorige prietpraat nog willen lezen,  dan verwijzen wij naar ons blog van 16 december 2010.

Amaichá - Cafayate

3-3: We ontbijten in de shop van het tankstation en doen daar ook het schoolwerk. Als dat is afgerond lopen we Amaichá even in om te kijken of het feest al is losgebarsten. Het is inderdaad drukker dan gisteren. Volgens ons zijn er wat openingsrituelen aan de gang, maar we snappen er niet al te veel van. Naast carnaval is dit voornamelijk een oogstfeest (a la Stoppelhaene). Er worden producten van het land geofferd als dank voor de oogst. We krijgen het idee dat het echte feest pas laat in de middag en avond gaat plaatsvinden. Daar gaan we niet op wachten.

Vóór vertrek vragen we bij het tankstation nog even naar de toestand van de weg richting Cafayate. Deze is prima wordt ons verzekerd, dat geeft ons een goed gevoel en vol vertrouwen gaan we weer op pad. Na een poosje draaien we ruta 40 weer op. Niet veel later zijn er al weer stroompjes water over de weg. Potverdikkie, wat is dat nou weer. De omstandigheden zouden goed zijn, en nu dit weer!!!! De stroompjes worden groter en groter, maar het lukt ons nog steeds om er door te rijden. De stroming is wel redelijk sterk maar het water niet té diep, en als het wat dieper is, is de stroming niet té sterk. Het gaat dus……Op een bepaald moment moeten we wel 200 meter door het water rijden. Niet te diep, maar je weet nooit welke gaten er onder water zitten.

Na zo’n 70 kilometer komen we veilig en wel aan in Cafayate, ons einddoel van vandaag. Een iets grotere en nettere plaats dan afgelopen nacht. Na een paar hostels te hebben geprobeerd, vinden we een mooi plekkie aan de Plaza. Eenvoudige kamer met 5 bedden en een toilet/douche.

Achter in de middag slenteren we door het dorp en gaan op zoek naar een ijswinkel waar ze, volgens de Lonely Planet, wijnijs verkopen. Inderdaad, dat is te er. Om het beeld compleet te maken, een ijsje met een bolletje rode wijn-ijs en een bolletje mascarpone-ijs. Wijn met kaas dus.



’s Avonds bij het eten concluderen we dat de sfeer in Cafayate heerlijk relaxt is. We besluiten dan ook om hier nog maar een extra nachtje te blijven.

2 maart 2011

Paradijs

01-03: Na een goede nachtrust langzaam opstaan en aanschuiven aan een ontbijtje. We gaan vandaag geen kilometer rijden. Alleen relaxen in dit schitterende paradijsje. Wel moet er wat aan het schoolwerk worden gedaan. Toon probeert wat te rekenen in een hangmat, maar dat wordt geen succes. We nemen er uitgebreid de tijd voor. Daarna gaan de kinderen lekker het zwembadje in om af te koelen. Ook proberen ze de hosteleigenaar te helpen met klussen. Dat hebben ze altijd zó voor elkaar.


Ook met relaxen gaat de tijd snel. Tegen een uurtje op drie krijgen we trek. Laura haalt bij de bakker om de hoek wat empanada’s. Dat is waar deze stad, Túcuman, bekend om staat hebben we gehoord. Nou, niets teveel gezegd, want ze waren heerlijk.

Wij kletsen nog wat met de hosteleigenaresse en proberen wat informatie te krijgen over Bolivia en Peru. Door La Niña is er deze zomer veel regen gevallen in Bolivia. Uit het nieuws blijkt ook dat er in La Paz veel aardverschuivingen zijn geweest door al het water. De plaatjes van de wegen zijn niet best. Volgens de eigenaresse kunnen de wegen over 1 maand weer begaanbaar zijn. Misschien is het verstandig om nu wat meer tijd te nemen in Argentinië en Chili en wat minder tijd te besteden aan Bolivia en Peru. We moeten maar eens zien. Verder doet ze ons wat tips aan de hand voor bezienswaardigheden op weg naar Salta. We kunnen de snelle weg nemen, die niet bijzonder is, of een alternatieve route met leuke plaatsjes en een prachtige natuur. Dat is dan geen moeilijke keuze meer.

Tegen acht uur halen we de kinderen uit het zwembad en gaan we even verderop een hapje eten. Het wordt een gezellige avond en pas tegen 23.00 uur liggen we in bed.


1 maart 2011

TJA, HOE MOETEN WIJ HET DAN WETEN?

Omweg

28-02: We hebben eigenlijk gisteravond al besloten om vandaag niet dóór te rijden maar helemaal terug te rijden, dus bijna het hele stuk wat we gisteren hebben gereden. Boven de bergen hangen nog weer regenwolken. Er zijn hier gewoon weinig wegen dus een alternatieve weg ligt niet ‘om de hoek’. Er is nog een kleine gravelweg binnendoor, maar we hebben geen zin om 100 km gravel te rijden en dan tot de conclusie te komen dat we weer niet verder kunnen en weer 100 km gravel terug moeten rijden. We draaien dus de auto en rijden naar het zuiden en oosten. Voelt altijd een beetje raar om eenzelfde stuk terug te rijden, maar het is niet anders.

Ook vandaag weer de gebruikelijke politiecontroles onderweg. Bij één controlepost proberen ze ons duidelijk te maken dat er 5 minuten verderop 'iets' aan de hand is. We schrikken ons een hoedje, als we dáár ook weer vóór het water staan, zijn de mogelijkheden wel heel beperkt. De agent geeft aan dat het niets met water te maken heeft, maar met ‘personas’ en dat het maar tijdelijk is. We snappen het niet, maar we zien het wel. Inderdaad rijden we achterop een rij auto’s en zien we dat er op de straat wat aan de hand is , een ongeluk ofzo…. Een poosje later komt er een Duitssprekende Argentijn langs die ons uitlegt dat er mensen aan het protesteren zijn, waarschijnlijk inheemse bevolking die tegen een overheidsbesluit protesteren. Er is liggen verbrandde takken op de weg en auto’s worden maar mondjesmaat doorgelaten. Ná een klein uurtje kunnen wij er ook door, niets aan de hand.

Aan het eind van de middag moeten we nog weer een bergketen over. Ook hier zien we dat er rotsen naar beneden zijn gerold, maar niet in die mate als we gisteren zagen. Als we de bergen door zijn kijken we uit over het oosten van Argentinië. Het ziet er net zó vlak en groen uit als Nederland. Als we dichterbij komen, rijden we inderdaad door een vlak en groen landbouwgebied met maïs en suikerriet. Ook zijn de dorpen hier talrijker. Het valt ons wel op dat de streek hier armer is dan in het zuiden, het wordt ook wat smoezeliger.

Tegen de avond voeren we een overnachtingsadres in San Miguel de Tucuman (kortweg: Tucuman) in, in ons navigatiesysteem. Tucuman is een grote stad. Als we de stad binnenrijden is het erg rommelig en smoezelig. Hoe dichter we bij het ingevoerde adres komen hoe erger het wordt. De omgeving komt totaal niet overeen met de beschrijving van de hostel in de Lonely Planet. Het is echt een ‘barrio’, een achterbuurt, met een grote dosis armoe. Later blijkt dat er een buitenwijk van Tucuman (Yerba Nueva) is die eenzelfde straatnaam heeft. We rijden zo’n 13 kilometer dwars door de stad en komen in een totaal andere wijk. Een mooie groene wijk met grote huizen. Aangekomen bij ons adres gaat meteen de poort open en kunnen we overnachten in een mooie kamer aan de veranda. We lopen een stukje terug om wat te gaan eten en dan lekker slapen.

Video

Een video-opname van 24 februari op Ruta 40, ten noorden van San José de Jáchal. Door een gebrek aan goede internetverbindingen konden we deze niet eerder plaatsen.

28 februari 2011

Trapped again?

27-2: Na een niet helemaal mugloze nacht begeven we ons naar het ontbijt. Onze verwachting is: media lunas met koffie en melk, maar het blijkt zowaar een ontbijtbuffetje te zijn. Daarna weer het vaste ritueel van schoolwerk en dan inpakken en wegwezen. We gaan vandaag weer noordelijker. Als we Belén halen is het prima. Als we verder komen is het meegenomen.


Het is een warme dag vandaag en de bergen zijn weer goed te zien. Zowaar enkele met sneeuw erop. Die konden we gisteren door de bewolking niet zien. Ruta 40 is ietwat eentonig. De weg volgt het dal tussen de bergen. Af en toe lig er op de weg nog zand, grind of water in verband met het eerdere slechte weer.

In Belén maken we een stop om een broodje te eten en wat te drinken. Omdat het nog relatief vroeg is (14.30 uur) besluiten we om naar Hualfin te gaan, 60 kilometer verderop. Als we het dorp uitrijden is de weg afgesloten door een politieagent. Om vijf uur gaat de weg weer open. Er wordt aan de weg gewerkt. Dat is wat wij ervan begrijpen. We zijn niet de enige die staan te wachten. Er staan ook veel Argentijnen te wachten. Wat opvalt is dat iedereen heel geduldig wacht, inclusief wij. We leren het al een beetje. Rond 17.15 uur kunnen we, onder politiebegeleiding verder rijden. We zien dat er door het slechte weer enorme rotsblokken naar beneden zijn gekomen. Her en der zijn ze door de vangrail gegaan. We zijn opgelucht dat we nu doorkunnen naar Hualfin.

Als we tien kilometer voor Hualfin zijn blijkt er echter een kink in de kabel te komen. Over de weg stroomt een flinke hoeveelheid water. Aan de overkant komt een kleine personenauto aangereden. Eens kijken wat zij doen. Zij blijken het niet aan te durven de oversteek te maken. Achter ons volgen meer auto’s. Enkele mannen waden door het water om te kijken hoe diep het is, kniehoog zo blijkt. De meeste personenauto’s durven het niet aan. Eén waagt echter de oversteek, maar niet eerder dan dat er een kruisteken is geslagen. De auto neemt het eerste overstroomde gedeelte zonder problemen. Op een droog stukje slaat de twijfel toe. Dan komt er een grote vrachtauto. Deze neemt de auto in de “luwte” mee naar de overkant. Het lukt maar net. Wij blijven nog even kijken, maar nemen het besluit om terug te gaan naar Belén. Geen risico’s voor ons. Bovendien hoorden we dat er verderop nog twee van dergelijke overstromingen zijn. Om half 8 zijn we weer bij het punt waar we vanmiddag vanaf half drie stonden te wachten. Vijf uur later en geen millimeter opgeschoten. Tja, zoals al eerder gemeld: het gaat altijd anders dan je denkt.

Met spoed zoeken we een onderkomen in Belén. We zullen wel niet de enige zijn die niet doorkunnen/durven. We hebben direct beet bij hotel Goméz. Een vierpersoonskamer waar een matras wordt bijgelegd. En: weer een prima prijs Het lijkt erop dat hoe noordelijker we komen, hoe goedkoper de overnachtingen worden.

Vamos?

26-2: Vandaag is het stralend weer en gisteren is het ook droog geweest, dus we gaan vandaag proberen wat noordelijker te komen, voorbij het waterballet van donderdag.


Het stuk weg dat we al twee keer gereden hebben is inderdaad beter, de grote stukken steen zijn aan de kant geschoven en de modder is wat opgedroogd, maar op wat plekken is het nog wel een puinhoop. Dáár waar we donderdag terugmoesten is het nu ook droog en kunnen we inderdaad verder. Al snel zien we dat we toen de juiste keuze hebben gemaakt. Als we het er donderdag op gewaagd hadden, hadden we iets verderop zeker terug gemoeten. Dan hadden we het er dus twee keer op moeten wagen. Op sommige plekken is zelfs een deel van de weg weggeslagen.

Een eindje voor Villa Union moeten we ook vandaag nog weer door het water, één keer zelfs over een hele breedte. Gelukkig is het niet te diep en de stroming niet te groot, maar je weet maar nooit wat er onder water zit. Altijd weer een opluchting als we weer aan de overkant zijn.

Op de kruising in Villa Union staan er ineens kegels dwars over de weg, da’s goed teken. Een ter plaatse gestationeerde politieagent geeft maar mondjesmaat informatie, maar het is ons wel duidelijk dat we ruta 40 niet kunnen vervolgen omdat deze wat verderop geheel is afgesloten en onbegaanbaar is. Volgens de agent duurt dat zeker nog twee dagen, misschien langer. Een fikse tegenvaller, zitten we weer opgesloten. We gaan het dorp even in en drinken even wat bij een tankstation zodat we even kunnen nadenken.

Er is één alternatief om de weg naar het noorden te kunnen vervolgen, dat is via ruta 150 naar het zuiden, door Talampaya National Park. Deze weg is wel open. Dit betekent wel een omweg van zo’n 350 kilometer, maar dan zijn we wel eigen baas en niet afhankelijk van wanneer anderen de weg weer begaanbaar maken. Dat doen we. Het is een prachtige route met mooi gevormde en gekleurde bergmassieven en mooie cactussen. Uiteraard hebben we vandaag ook nog weer twee fytosanitaire contoles. We vrezen voor het lot van onze banaan achterin de bus, maar beide keren blijft deze gespaard. Beide controles waren gericht op sinasappelen en appelen. We snappen er niets meer van, wie het weet mag het zeggen?

Op een gegeven moment lijkt het of er op de weg een aangereden dood beest ligt. Als we iets dichterbij komen blijkt het echter een enorme hagedis te zijn met een rood rozige kleur. We keren om om dit beest goed te bekijken. Hij is wel een halve meter lang! Schitterend beest!

Rond 18.00 uur zijn we in Chilecito, dat is ver genoeg voor vandaag, het is mooi geweest. Een klein provinciestadje met, volgens de Lonely Planet, voldoende overnachtingsmogelijkheden. Het hostel van de ACA (=Argentijnse ANWB) moet voor ons 590 peso’s kosten, dat is al inclusief de 10% ANWB-korting die we daar krijgen. Gekkenwerk!!! Twee straten terug vinden we een mooiere plek voor 260, en dan ook nog eens inclusief ontbijt, dat past ons.